Het moet duidelijk zijn dat niet elke plaatmontagetape op elke printer past. Individuele vereisten, werkprocedures en drukverbruiksgoederen kunnen de prestaties van de kleefstof van een tape beïnvloeden. Het gebruik van de verkeerde combinatie kan leiden tot het moeilijk demonteren van de plaat na het drukken en kan zelfs leiden tot plaatbeschadiging, wat resulteert in hoge materiaalkosten en oponthoud tijdens de productie.
In het ideale geval houdt de kleefstof van een montagetape de plaat stevig op zijn plaats tijdens het drukken, maar kan deze na het drukken gemakkelijk en schoon worden verwijderd. De sleutel ligt in het kiezen van een tape die specifiek past bij de individuele omstandigheden op uw productielocatie. Dit omvat drukverbruiksgoederen zoals platen of inktsoorten, maar is ook sterk afhankelijk van bestaande plaatreinigingsprocessen en plaatreinigers.
Het zijn de resten van solventinkten op de achterzijde van de drukplaat die in combinatie met veel plaatmontagetapes kunnen leiden tot een zeer harde demontage van de plaat. Waarom? Omdat chemische bindmiddelen in de inkten de binding tussen plaat en tape manipuleren, het wordt te agressief, en de plaat kan niet gemakkelijk meer worden verwijderd. Deze residuen moeten dus ofwel helemaal worden vermeden door een grondige reiniging, ofwel moet een andere plaatmontagetape worden gekozen.
Wat het reinigen van platen betreft, kunnen automatische plaatreinigingsmachines er helaas toe bijdragen dat inktresten hun weg vinden naar de achterzijde van platen. Zelfs het dunste laagje inktresten kan ernstige schade veroorzaken. Laboratoriumproeven tonen zelfs aan dat hoe dunner het laagje is, hoe moeilijker het wordt om platen te demonteren. Dit betekent dat zelfs platen die er perfect schoon uitzien, residuen van chemische bindmiddelen kunnen bevatten, maar dat deze niet worden opgemerkt totdat een toename van de demontagekracht tot plaatschade leidt.